Artist-in-residence Marijn van der Eyden brengt de verborgen verhalen van Zeeburgereiland en de Sluisbuurt in kaart

Artist-in-residence Marijn van der Eyden brengt de verborgen verhalen van Zeeburgereiland en de Sluisbuurt in kaart

Artist-in-residence van het Sluislab, Marijn van der Eyden, neemt ons mee op een  ontdekkingsreis door de gebouwde wereld om ons heen. In haar artistieke onderzoek bij het Sluislab liet ze zich inspireren door het Zeeburgereiland en de  Sluisbuurt. Ze brengt niet alleen de fysieke structuur in kaart, maar probeert zo  ook de verhalen van oorspronkelijke bewoners te vangen en te laten resoneren bij nieuwe bewoners.

Marijn van der Eyden

De rafelrand, de nieuwe wijk en de bouwput

Marijn ontdekte haar liefde voor architectuur tijdens haar studies textielkunst en wiskunde. ‘Ik vind een stad eindeloos fascinerend omdat er de hele tijd weer kleine stukjes gerestaureerd worden. De grootsheid ervan, maar ook tot op het kleinste detail, van een bouwvakker die een tiewrap om een lantaarnpaal bindt. Alles is de hele tijd in beweging – dat wil ik zichtbaar maken. Als je met die blik de wereld instapt, dan gebeurt er zoveel.’

Tijdens haar minor Stedenbouwkunde en Architectuur, besloot ze haar opdrachten volledig op het Zeeburgereiland te focussen, de plek waar ze zelf ook woont. ‘Ik woon zelf in de Baaibuurt, de rafelrand, waar veel kunstenaars gevestigd zijn. Het fascineert me dat deze buurt is vormgegeven door de bewoners en gebruikers zelf. Er bestaat hier een uniek soort vrijheid en verbondenheid die ik verder wilde onderzoeken. 

De samenwerking met het Sluislab ontstond organisch. ‘Er was nog geen artist in-residency, dus besloten we die samen te creëren. Zo breidde ik mijn onderzoek uit naar de Sluisbuurt. Ik vind het contrast van de driehoek van de verschillende buurten interessant: de rafelrand, de nieuwe wijk en de bouwput. Hoe verhouden zij zich tot elkaar?’  

Ze begon als ‘zwervend kunstenaar’, zoals ze het zelf noemt. De broedplaats Baggerbeest was nog niet gebouwd, waardoor ze nog geen fysieke werkplek had. Mijn onderzoek begon vanuit huis, op een verkennende manier. Ik begon samen met een bevriende buurjongen en videograaf Benjamin te wandelen en stukken te filmen in de buurt, om de bestaande omgeving vast te leggen en te archiveren.’

Verhalen in verbinding

Haar werkplek vond ze uiteindelijk in een onverwachte hoek: een bouwkeet van de gemeente Amsterdam. ‘Het is grappig, ik had verwacht terecht te komen tussen de andere kunstenaars in de rafelrand, dus deze plek lag niet voor de hand. En maar goed: ik leerde er weer een compleet ander uitgangspunt kennen. Deze ingenieurs waren niet bezig met wat er gesloopt ging worden, maar juist bezig met technische snufjes om de buurt zo goed mogelijk op te kunnen bouwen.’ 

Om het eiland volledig te kunnen begrijpen besloot Marijn met veel mensen in de buurt koffie gaan drinken en te gaan wandelen. ‘Zo leerde ik steeds nieuwe aanknopingspunten en verbindingen leggen. Zo ontdekte ik een loods met kunstwerken van Theo Niermeijer, en verhalen over een tuinvereniging die niet meer bestaat. En vertelde een mevrouw uit de buurt mij over allerlei verschillende vogelsoorten die hier leven.’ 

Eenmaal in haar nieuwe werkplek in broedplaats Baggerbeest, begon ze de verhalen te verzamelen en te bundelen. Ze bouwde een speciale archiefkast  waarin de verschillende documenten worden opgeslagen, en waar andere kunstenaars, bewoners en organisaties ze kunnen inzien. Het is een work-in progress, het verhalen verzamelen gaat nog steeds door.

‘Door alle gesprekken die ik heb gevoerd heb ik ook documenten kunnen  verzamelen die ik anders nooit zou hebben gevonden. Zo was er bijvoorbeeld een  mevrouw die hier al woonde toen ze op de middelbare school zat, en die een  werkstuk had gemaakt over de buurt met haar typemachine. Die heb ik ingescand, en die is nu ook te vinden in het kastje.’  

Het eiland in kaart gebracht

Toen Marijn – op haar verjaardag – een kijkje nam op de bouwplaats van het  Baggerbeest om materialen te verzamelen viel haar oog op een stapel hout die  was ingepakt in een blauw bouwzeil. Ze besloot te vragen of ze het zeil, dat mooi  was verkleurd door de zon, mocht hebben – én dat mocht, gelukkig.  

‘Ik heb het zeil gebruikt om de oudste kaart van het eiland op te borduren, een erg  arbeidsintensief werk. Het eiland bestond uit een dijk en een dam, waartussen later bagger is gestort. Vandaar ook de naam: Baggerbeest. Samen met de archiefkast hoop ik nieuwe kunstenaars en bewoners aanknopingspunten te geven om te begrijpen op welke plek ze hier landen.’

Hoe ze de residentie heeft ervaren, als ze terugblikt? Marijn: ‘Ik heb ervaren dat als je al die verschillende eilandjes en verhalen met elkaar gaat verbinden, er een nieuw soort eiland ontstaat. Ik hoop dat de rafelrand zo in de toekomst volledig in verbinding komt te staan met de nieuwe Sluisbuurt, ik denk dat het dan een hele mooie wijk kan worden.’ 

Daar maakt ze zich zelf ook graag hard voor. Met het oog op de sloop van haar eigen buurt, de Baaibuurt, heeft ze zich aangesloten bij het Baaibuurtcollectief. Kunstenaars en bewoners van de buurt nemen het heft in eigen hand om samen met de gemeente een alternatief te bedenken om de ecologie en creativiteit van de  rafelrand te behouden. De eerste bijeenkomst in Pakhuis de Zwijger zit er inmiddels op.  

Meer informatie over het werk van Marijn van der Eyden vind je op haar website. Meer over het Baaibuurtcollectief vind je hier

9 februari 2024